Europese
asieltop in Tampere, oktober 1999
De
Europese veiligheid, oktober 1999
Europees asiel- en immigratiebeleid
Europese aanscherping artikel 140
Het verdrag van Amsterdam
Rammelen aan de poort
Over de grens - Het Nederlands vreemdelingenbeleid, ingebed in het Europese
Drie
jaar Sans-papierbeweging, oktober 1999
Belgen in verzet, oktober 1998
Duitsland, oktober 1998
Oekraïne, oktober 1998
Hongarije
Roemenie
Polen, een nieuwe muur
Sans-papier, uit de schaduw komen
Zweden
Frankrijk
Belgie
Duitsland
|
|
Lange tijd stond Zweden bekend om de vele mogelijkheden waarop vluchtelingen zich er konden vestigen. Door de toetreding tot de Europese Unie, maar ook door het steeds strikter wordende neo-liberale beleid, schuift Zweden op naar de andere Europese partners. Harmonisering is het woord binnen de Europese Unie. Niet alleen op economisch terrein ten aanzien van de binnenmarkt, maar ook het gehele justitie-beleid wordt geharmoniseerd.
Dit jaar staat er in het Zweedse vreemdelingenbeleid veel op stapel. Ten eerste is er het rapport van de Helsinki Human Rights Watch over alle facetten van de Zweedse asielprocedure. Ten tweede had in mei dit jaar een nieuwe asielwet behandeld moeten worden, maar dit is uitgesteld in verband met een onderzoek van een parlementaire commissie die de asielwet moet toetsen aan het VN-verdrag van de rechten van het kind. Het onderzoek is ingesteld naar aanleiding van de verwijdering van negen Koerdische kinderen en hun moeders, waarover onder andere de Zweedse afdelingen van Unicef en Save the Children vragen aan de immigratiedienst hebben gesteld. Ten derde wil de Zweedse regering de vreemdelingen- en asielwetgeving integreren met de buitenlandse politiek en het werk van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Tenslotte zullen Zweden, Noorwegen en Finland op 19 december 1996 het verdrag van Schengen ondertekenen.
Weren
Ook in Zweden is het aantal asielaanvragen drastisch gedaald. De Zweedse immigratiedienst stelt een termijn van twee maanden voor de behandeling van asielzaken. Deze wordt in de meeste gevallen ruimschoots overschreden. In ongeveer 20% van de verzoeken wordt de termijn gehaald, in de helft van de gevallen duurt het ruim vijf maanden. In de asielzoekerscentra, maar ook in prive-onderkomens wachten duizenden vluchtelingen al meer dan twee en een half jaar op een beslissing op hun verzoek. Ruwweg kan gezegd worden dat ongeveer 10% van de vluchtelingen asiel wordt verleend. De rest wordt afgewezen. Andere toegewezen verblijfsvergunningen zijn in het kader van gezinshereniging, studie of werk.
Het hoofd van de immigratiedienst in Zweden heeft in een artikel in een landelijk dagblad aangegeven dat veel vluchtelingen hun identiteitspapieren bewust vernietigen om zo verwijdering uit Zweden te bemoeilijken. De regering heeft een richtlijn uitgevaardigd waarin staat dat het niet in bezit hebben van identiteitspapieren het asielverzoek van de betreffende vluchteling sterk kan beinvloeden, in negatieve zin. Deze richtlijn heeft weinig invloed gehad op het "zogenaamde vernietigen" van identiteitspapieren. Nog steeds heeft 60% van de vluchtelingen geen identiteitspapieren.
De Nationale Ombudsman heeft sterke kritiek geuit op de immigratiedienst in verband met het openen van post aan vluchtelingen die in asielzoekerscentra verblijven. De ombudsman kon niet bevestigen of dit illegaal was, maar heeft de immigratiedienst wel veroordeeld voor het overmatige gebruik van gezag ten aanzien van vluchtelingen. Door het openen van de post ontdekte de dienst dat een gezin met een kind dat aan kanker lijdt een donatie had gekregen. Deze donatie is vervolgens op de maandelijkse uitkering aan het gezin ingehouden.
De VN-commissie tegen Marteling heeft geoordeeld dat iedere poging van de Zweedse overheid om een Zairese vluchteling uit te zetten die haar land verliet nadat zij was verkracht door leden van de veiligheidstroepen en een jaar opgesloten had gezeten zonder vorm van proces, een overtreding zou zijn van het VN verdrag tegen marteling. De Zweedse overheid wil haar deporteren omdat zij het verhaal van de vrouw niet coherent vindt. De VN commissie oordeelt dat bij gevallen van marteling geen precieze verklaringen kunnen worden verwacht.
Vreemdelingen-advocaat Per Stadig heeft grote kritiek geuit op de vreemdelingen-beroepskamer die de beroepen tegen de afwijzingen van asielverzoeken behandelt. Bij verschillende gelegenheden heeft de beroepskamer geen acht geslagen op getuigenissen van medische specialisten over gevallen van marteling en de authenticiteit van verschillende documenten.
Uit een onderzoek van een Zweedse socioloog en het Zweedse Vluchtelingenwerk blijkt 68% van de vreemdelingenadvocaten erg verontrust te zijn over het gebrek aan juridische mogelijkheden voor hun clinten. Van hen wilde 39% door procederen tot de Europese Commissie over Mensenrechten. De helft van de advocaten acht de ambtenaren bij de immigratiedienst niet geschikt om de vluchtelingenzaken te beoordelen. Veel van de advocaten oordeelden dat het in principe niet uitmaakt hoeveel werk ze ook verrichten, maar dat de politiek toch het laatste woord heeft. Het oordeel van de advocaten is duidelijk: de gehoren zijn slecht, de tolken zijn slecht, de beslissingen en geheime rapporten over de landen van herkomst staan vol stereotypen.
Driekwart van de advocaten oordeelde dat hun werk in vergelijking met het verleden veel moeilijker was geworden.
Uitsluiten
Kenmerkend voor de uitsluitingsparktijk in Zweden zijn een soort identificatieplicht en een koppelingswet. Georganiseerde straatcontroles door de politie vinden in de grote steden regelmatig plaats op plekken waar veel vreemdelingen verblijven.
Uitgeprocedeerde vluchtelingen en illegalen kunnen slechts aanspraak maken op medische voorzieningen in acute gevallen. Om deze mensen ook in andere gevallen te kunnen behandelen hebben FARR (het Zweedse netwerk van asiel- en vluchtelingenondersteuningsgroepen) en de Stichting Humanitas een kliniek in Stockholm geopend waar illegalen terecht kunnen. In andere steden bestaan netwerken voor medische ondersteuning van illegalen. Een hoofd van de immigratiedienst heeft de kerken ervan beschuldigd niet te weten waar ze mee bezig zijn en slechts te handelen uit eigen behoefte.
Een parlementaire commissie heeft een nieuw integratieplan opgesteld dat de gecontroleerde vestiging van vluchtelingen in verschillende dorpen en steden van Zweden moet regelen. Het plan maakt het mogelijk om vluchtelingen ergens te plaatsen waar behoefte is aan bepaalde arbeidskrachten. Weigeren vluchtelingen de plaatsing dan krijgen zij belangrijke financile steun niet meer. De achterliggende gedachte van het plan is vooral de trek van vluchtelingen naar de grote steden tegen te gaan. Vluchtelingen die van de ene stad naar de andere verhuizen en niet meteen een cursus Zweeds volgen, lopen ook het risico om gekort te worden op hun uitkering.
De Zweedse immigratiedienst heeft tevens een voorstel ingediend om het trouwen of samenwonen van mensen van buiten Zweden met iemand in Zweden (Zweeds of niet Zweeds) afhankelijk te maken van de mogelijkheid van de persoon in Zweden om de persoon die overkomt financieel te onderhouden. Deze maatregel kan alleen gezien worden in het licht van harmonisering binnen de Europese Unie, waar in veel landen al een dergelijke regel bestaat.
De Zweedse immigratiedienst heeft 17 mensen in dienst genomen om mensen die op basis van een valse identiteit een verblijfsvergunning hebben gekregen op te sporen. Mocht iemand gesnapt worden dan wordt zijn of haar verblijfsvergunning ingetrokken. Volgens de dienst gaat het om ongeveer 10.000 mensen die vooral in de begin jaren negentig in Zweden aankwamen. Veel maatschappelijke organisaties hebben geprotesteerd tegen deze heksenjacht. Vooral het feit dat mensen hier al vele jaren wonen en verblijven, maakt de woede over deze maatregel onder vooral migrantenorganisaties groot.
Opsluiten
Er bestaan vijf gevangenissen voor uitgeprocedeerde vluchtelingen en vluchtelingen die tijdens de asielprocedure worden opgesloten in verband met een "onduidelijke" identiteit, waaronder Stockholm (Carlslund), Malm en Gothenburg. Daarnaast kunnen vluchtelingen ook worden vastgehouden worden in gewone politiecellen. De duur is in principe onbeperkt. Zo verbleef een Algerijnse man 2 jaar in de gevangenis en kwam hij pas na druk van onafhankelijke organisaties vrij.
Een Vietnamese man zit op dit moment 8 maanden in een Zweedse gevangenis. Hij wordt beschuldigd van diefstal, maar is niet veroordeeld. Zijn zaak is des te vreemder aangezien hij niet over identiteitspapieren beschikt, maar wel erkend vluchteling in Engeland is. Engeland weigert hem de toegang op grond van een overeenkomst tussen Zweden en Engeland.
Een man uit Nigeria verbleef negen maanden in een van de gevangenissen met slechts en uur ontspanning per dag. Enkele vluchtelingen hebben geprobeerd zichzelf te doden in gevangenschap.
Het opsluiten van vluchtelingen heeft ook tot kritiek geleid van werknemers in deze gevangenissen. De directeur van de Kronoberg in St |