Verslag werkbezoek aptil/mei 2000

Dagboek, april-mei 2000, nieuw bezoek aan Oost Timor

De 'derde invasie'

Oost-Timor, weer hetzelfde liedje, oktober 1999

Dagboek, 26 oktober tot 17 november 1999. De situatie na de volksraadpleging.

Dagboek, 14 augustus tot 09 september 1999

Kort nieuws, 23 augustus 1999

Andere paginas over Oost Timor

Elite forces scouted island from April

UN investigation only a first step

Army defectors 'training militias to kill UN forces'

East Timor: Army's Plot and A Human Tragedy.

I would do same again, leader says 'Xanana' Gusmao

What caused the Ambon violence?

Blood on their hands

East Timor Retrospective

A Profile of Jose Ramos-Horta

Indonesia's special forces

Violence in E. Timor had parallel in 1969

E. Timor Failure Puts U.N. On Spot Interventionist Ability in Doubt

Business interests are behind Indonesia's fight to hold on to East Timor

US trained butchers of Timor

The East Timor Operation

The Covert Dirty War
 


Verslag werkbezoek Autonoom Centrum aan Oost Timor
10 maart '00 tot 10 mei '00 
Ed Hollants
Rens den Hollander

Onderstaand verslag is geschreven na een werkbezoek van 9 weken aan Oost Timor door twee medewerkers van het Autonoom Centrum Amsterdam. Voor Ed Hollants was dit het derde bezoek - het eerste vond plaats in augustus/september '99 als IFET-waarnemer bij het referendum en het tweede in october/november '99), voor Rens was dit het eerste bezoek. Het verslag is direct geschreven omdat we denken dat het goed is om onze ervaringen en indrukken snel te verspreiden. Het is daarom nog niet volledig, er valt zeker meer te zeggen. We zullen de komende weken dan ook de aanvullingen rondsturen.

Hoofddoel van ons werkbezoek was het organiseren van een Oost Timorees mensenrechtencentrum in het district Viqueque, in het zuid-oosten van Oost Timor. Per 1 mei 2000 is dit centrum als Stichting, Yayasan onder de naam 'Direitos Hanesan' , 'Gelijke rechten voor allen' van start gegaan.  Naast dit hoofddoel wilden we kritisch volgen hoe de internationale gemeenschap actief is in Oost Timor (UNTAET, de grote internationale NGO's en zich vestigende, meest Australische, bedrijven). 
Een derde belangrijk onderdeel van ons werkbezoek was het verblijf van een week in de enclave Oecussi op uitnodiging van een Timorees mensenrechtencentrum daar. De coördinator, zelf werkzaam in trainingen mensenrechten in Dili, vroeg ons de situatie ter plaatse te bekijken. 

Direitos Hanesan
We zijn ons bezoek in maart begonnen met het voorleggen van de plannen voor een mensenrechtencentrum in Viqueque aan de nationale NGO's in Dili die zich bezig houden met mensenrechten (zie lijst bijlage). De basisgedachte en het raamwerk van dit centrum besprak Ed al met Timorezen tijdens zijn bezoek najaar '99 in Viqueque. We spraken nu in Dili met de NGO's individueel en belegden een gezamenlijke vergadering alvorens naar Viqueque te vertrekken. Deze NGO's reageerden positief op de plannen en vanuit Yayasan Hak, Sahé, Renetil en Kdadalak Mediagroup werden in het bijzonder steun en samenwerking in het vooruitzicht gesteld. Deze organisaties deelden onze visie over de noodzaak van de opbouw van onafhankelijk mensenrechtengroepen en mediagroepen in de 13 districten van Oost Timor. Enkele organisaties hebben enige contactpersonen in diverse districten. 

District Viqueque
In Viqueque hebben we deze contactpersonen bezocht evenals andere Oost Timorezen in de meeste subdistricten om problemen in kaart te brengen en de behoefte aan een mensenrechtencentrum te peilen. We bezochten plaatselijke leiders van kerk en CNRT, dorpshoofden en een aantal contactpersonen. Allen reageerden positief en de noodzaak van een mensenrechtengroep werd overal beaamd. Vervolgens is met alle bestaande organisaties (kerk, UNTAET, OMT-vrouwen [Organicao Mulher de Timor] en de CNRT in Viqueque gesproken en hebben we de opzet voor het centrum voorgelegd. Allen bevestigden de noodzaak: liever vandaag nog dan morgen een mensenrechtencentrum, en zegden hun steun toe. De basis van vele problemen in het district ligt in gebrek aan kennis over mensenrechten, zo analyseert men. 
Vervolgens hebben we ook in Viqueque een bredere vergadering belegd om mensen in de gelegenheid te stellen kennis te nemen van het basis-idee. Daarna zijn we teruggegaan naar Dili om opnieuw met de mensenrechtenorganisaties te overleggen en een aantal handelingen voor het centrum te verrichten. Terug in Viqueque zijn we samen met Timorezen op zoek gegaan naar gegadigden die in het centrum wilden werken. Een belangrijk punt voor ons was dat het centrum onafhankelijk moest zijn. In Viqueque is er sprake van  een sterk gepolitiseerde samenleving waar veel zich 'achter de schermen'  afspeelt; er wordt een soort tweede agenda gehanteerd. Het kostte dan ook heel wat discussies en moeite om een 'onafhankelijke' groep samen te stellen. Uiteindelijk is dit toch op goede wijze en met steun van de maatschappelijke organisaties gelukt.
In Viqueque is op 1 mei jl. een groep van tien mensen gestart met het mensenrechtencentrum. Voor zes van hen is salaris aangevraagd voor de eerste periode en vier van hen werken als vrijwilliger. We hebben een aanvraag gedaan bij het fonds van UNTAET voor een Quick Impact Project om de loonkosten van de eerste maanden te dekken. De beslissing wordt komende week genomen de kans op een positief besluit is groot, gezien de steun vanuit UNTAET Human Rights voor het centrum. Er is een kantoorruimte in Viqueque beschikbaar. De groep die het mensenrechtencentrum gaat draaien heeft zichzelf georganiseerd in een lokale NGO: Yayasan 'Direitos Hanesan' hetgeen betekent Stichting 'Gelijke rechten voor allen'. De NGO is inmiddels geregistreerd bij UNTAET in Dili.
Wij hebben uitleg, training en educatie gegeven over onderwerpen als 'wat is een NGO, wat is de functie van een NGO in de maatschappij', over mensenrechten, basisdemocratie, civil society, over onafhankelijkheid, over hoe onderzoek te plegen, over samenwerking in netwerkverband, enz..
Samen met de Oost Timorezen van ‘Direitos Hanesan' hebben we de statuten opgesteld en voorlopige planning en progamma besproken (zie bijlagen).   Twee medewerkers hebben wij geïntroduceerd in Dili aan al onze contacten daar op mensenrechtengebied, gezamenlijk hebben we de NGO laten registreren en de twee medewerkers ingeschreven voor een trainingsprogamma van twee weken vanuit UNDP (UN Development Program) over zaken als hoe bouw je een NGO op, de functie van mensenrechten en democratie, capacitybuilding, management en organisatie. 

‘Direitos Hanesan' is de eerste lokale Timorese NGO in het district Viqueque, en zeker de eerste op mensenrechtenterrein. Alle organisaties zijn 'urban-concentrated', de meeste nationale en internationale NGO's zijn gevestigd in Dili en concentreren zich op dat district. Dit betekent een achterstand voor de andere 12 districten, waar de noodzaak tot hulp en organisatie vaak groter is. 
 

Bevindingen
Hieronder volgt een opsomming van problemen die wij tegenkwamen in ons werk, door de vele gesprekken die we gevoerd hebben, via de vele contacten en uit eigen observaties. Een aantal van deze bevindingen is eerder al vermeld door mensen die Oost Timor bezochten maar dringend genoeg om ze dan nogmaals te vermelden.
 

Algemeen

-Internationale NGO's, lokale NGO's, geld en mogelijkheden, overlegstructuren en trainingsprogamma's zijn vooral geconcentreerd in Dili. Voor initiatieven in de districten is het vrijwel onmogelijk daar toegang toe te krijgen. Zij lopen een informatie- en ontwikkelingsachterstand op  door het totale gebrek aan communicatiemiddelen, transportmiddelen en de slechte staat van de wegen en het openbaar vervoer. 
-In het district Viqueque is geen enkele lokale NGO gevestigd. Vanuit UNTAET is tot nu toe geen poging gedaan de opbouw van NGO's en zelforganisatie van Oost Timorezen te stimuleren, ondanks uitspraken als zou UNTAET ‘community empowerment' en ‘capacity building' bevorderen. Wat internationale NGO's betreft is er slechts één die zich gevestigd heeft in Viqueque: MSF (Artsen Zonder Grenzen); andere INGO's rijden af en toe langs.
-Er is een ‘braindrain' van Oost Timorezen naar UNTAET: de Oost Timorezen die gestudeerd hebben of Engels spreken zijn gecontracteerd door UNTAET en dit is een slechte zaak voor de opbouw van een 'middenveld' in de eigen maatschappij. Als tolk of chauffeur verdient een Oost Timoreees slechts 5,5 dollar per dag en staat naar eigen zeggen stil in ontwikkeling. Een enkeling krijgt een functie die meer op beleidsnivo ligt, zoals planning van wegenbouw. Veel Timorese UNTAET-werknemers uit Viqueque zouden liever in mensenrechtencentrum ‘Direitos Hanesan' werken als dat inkomens zou kunnen garanderen. 
-Er is een enorme behoefte aan educatie(materiaal) en training op het gebied van mensenrechten. Vanuit alle subdistricten in Viqueque is ons daar telkens om gevraagd, evenals om informatie over mensenrechten in de eigen taal. Ook het belang van opbouw van een eigen archief over de eigen geschiedenis in het district wordt van alle kanten benadrukt. 
-Er is een toename van conflicten, o.a. over land en eigendommen. Veel mensen zijn bang dat conflicten meer en meer met geweld worden beslecht. Men signaleert dat aan de basis van de vele conflicten gebrek aan kennis over mensenrechten ligt. Er is daarom ook grote behoefte aan kennis over mensenrechten en conflictbeheersing/-oplossing/-preventie. 
 -Met name in Dili is een zeer rijke bovenlaag bestaande uit een aantal Timorezen, Australische zakenlieden en UNTAET-personeel en daar tegenover een overgroot deel van de bevolking dat niets heeft, ook geen werk. Prijzen voor bijvoorbeeld overnachtingen in  'guesthouses' gerund door meestal Australische businessmannen, zijn hoger  dan in Amsterdam en luxe auto's van de merken Mercedes en Volvo zijn geen vreemd verschijnsel meer. De problemen en gevolgen die dit oplevert voor de Timorese maatschappij liggen voor het oprapen en zijn voorspelbaar: contrasten, criminaliteit, frustratie. Veel jongere, kansloze en arme Timorezen willen binnen no time ook die zichtbare rijkdom (van m.n. de buitenlanders)  bereiken. 
-Ontwikkelingen in dit nieuwe land gaan in razend tempo en over vele vele Oost Timorese hoofden heen. Er wordt in deze transitie-periode een basis gelegd voor het nieuwe bestuur en de infrastruktuur waarvan je je ernstig moet afvragen of dat een door Oost Timorezen gewenst  basis is. 

UNTAET
Untaet heeft een zeer burocratische werkwijze. Vooral in Dili worden de plannen gemaakt (soms zelfs buiten Oost Timor) waar de districten aan moeten voldoen. Vaak is dit te algemeen en weinig gericht op de specifieke problemen in het district. Dit resulteert in een afwachtende houding bij UNTAET in de districten. Posten voor specifieke onderwerpen worden in districten vaak ingenomen door mensen die niet in het bewuste onderwerp vakkundig zijn. Bijvoorbeeld de verantwoordelijke voor landbouw/veeteelt in district Viqueque is niet op dat gebied gespecialiseerd en de verantwoordelijke voor gezondheidszorg weet weinig af van mogelijkheden voor medische voorzieningen.  De centrale plannen worden mede gefinancierd en gestuurd door de World Bank en de Asian Development Bank, en erg veel inzicht daarin wordt niet bepaald gegeven. Er is tot nu toe bijna geen geld naar de districten toe gevloeid, hetgeen betekent dat de passieve houding van UNTAET in de districten versterkt wordt. In Viqueque is sprake van een drievoudige wisseling van de DA (District Administrator,  het districtshoofd). Doordat elke DA een eigen manier van besturen heeft en zaken (zoals mensenrechten bijvoorbeeld) al dan niet belangrijk vindt, door het gebrek aan geld, door de burocratische wijze van werken, zijn veel werknemers van UNTAET ongemotiveerd en raken verstrikt in de eigen burocratie waardoor ze half overspannen rondlopen.
Een minderheid van de UNTAET werknemers is gemotiveerd en bewogen bij het lot van de Oost Timorezen, de meerderheid is echter meer bezig met de eigen carrière, de eigen burocratie en het eigen wereldje van de 'mensen van buiten'. Problemen worden als academische problemen vanaf de schrijftafel benaderd. De realiteit daarbuiten, de realiteit van de Oost Timorese bevolking, gaat langs de meeste internationale UNTAET-werknemers heen. Er bestaan dan ook twee volstrekt verschillende werelden naast elkaar. Niet alleen het verschil tussen bestuur en bestuurden dat overal wel bestaat, maar ook het verschil in het al dan niet deel uitmaken van de Timorese maatschappij, het verschil tussen de Timorees en de buitenstaander,  verschillen in inkomens, verblijf, voedsel, enz.. De twee werelden zijn strikt gescheiden. In Dili zijn deze contrasten het scherpst waarneembaar.
UNTAET hanteert een soort model dat zij overal ter wereld inzet - en dit heeft op vele lokaties voor grote problemen gezorgd, waar nauwelijks lering uit getrokken is - en dit model is niet  toegesneden op Oost Timor, haar bevolking en haar toekomst.

Transparantie
Er is weinig tot geheel geen transparantie van UNTAET. Niemand van de bevolking weet eigenlijk wat UNTAET doet of wat ze gaat doen.  Er zijn geen duidelijke plannen op papier. Toen wij bij onze kennismaking met de toenmalige District Administrator van UNTAET Viqueque vroegen naar een algemene planning van UNTAET voor de komende maanden in district Viqueqeu, bleek er geen plan te zijn.   Het zorgt ervoor dat de kloof tussen UNTAET en de bevolking groot is. De bevolking ziet weing meer van UNTAET dan rondrijdende four wheel drive auto's. UNTAET besloot onlangs  bij elke vestiging een informatiebord voor de deur te plaatsen om de kloof met de bevolking te verkleinen. Alsof het daarom gaat. Bovendien loopt slechts een handjevol Timorezen soms eens langs bij een UNTAET hoofdgebouw. 
Als er al iets zichtbaar is, bijvoorbeeld het optreden van CIVPOL (civiele politie) bij vechtpartijen, blijkt dat de daders enkele uren laten met de CIVPOL-auto thuis afgezet  worden. Er volgt ook geen sanctie na een overtreding/misdrijf. Dit komt doordat er geen cellen zijn om iemand vast te houden, er slechts in Dili sindskort een gerechtshof is en er nog geen strafwet  is. Het geloof van de bevolking in UNTAET is dan ook snel aan het afnemen. In Viqueque is een landconflict dat aanvankelijk met geweld werd uitgevochten, bijgelegd op traditonele wijze door beide partijen met dorpsoudsten, de plaatselijke CNRT en de kerk. UNTAET staat daar volledig buiten. 

Communicatie
Er is een gebrek aan communicatie tussen UNTAET en Oost Timorezen. De communicatie vind vooral plaats via de Nationale Advies Raad. Het is het orgaan dat UNTAET adviseert, en waarin UNTAET en Oost-Timorezen samen plaatsnemen.Van de 15 leden zijn er 7 CNRT-leden, 3 leden van politieke groepen buiten de CNRT en 1 vertegenwoordiger van de katholieke kerk. De andere 4 zijn UNTAET-mensen, waaronder Sergio de Mello.      .  UNTAET overlegt ook op andere nivo's vrijwel alleen met de CNRT top en de kerk. Er is geen communicatie of raadpleging met de bevolking. Door het vele werk is de CNRT-top vrijwel niet in staat om ook nog op goede wijze te communiceren naar de samenleving toe. Uiteraard is het gebrek aan media en kritische vragenstellers één van de problemen, maar daarbuiten worden er ook weinig initiatieven genomen om op andere wijze goede en duurzame communicatie op te zetten.
Ook blijkt herhaaldeijk dat interne communicatie binnen UNTAET lang niet soepel verloopt wat voor een buitenstaander de contacten met UNTAET extra bemoeilijkt en helderheid niet ten goede komt. Samen met het probleem van gebrek aan transparantie zorgt het ervoor dat de bevolking niet het gevoel heeft deel uit te maken van de beslissingen die over haar toekomst genomen worden en staat ze dus eigenlijk buiten het gehele gebeuren.

Controle
Wie controleert nu eigenlijk de bedrijven die zich in Oost Timor vestigen of er actief zijn? En wie controleert UNTAET? Je kunt je niet aan de indruk onttrekken dat er weinig of geen controle of correctie is. Bedrijven kunnen zich veel veroorloven, ze hoeven zich niet aan algemene arbeidsrechten te houden, onderbetaling, onverzekerd zijn en onbetaalde overuren zijn veelvuldig voorkomende zaken. Bedrijven kunnen de ellende van Oost Timor gebruiken met als enig doel winstmaximalisatie. 
UNTAET zelf wordt ook weinig gecontroleerd, extern noch intern. Nu is het binnen burocratieën vaak moelijk op kwaliteit te controleren en de mensen daarop af te rekenen. Binnen UNTAET is dit nog eens extra het geval. Je moet het wel heel bont maken voordat je ontslagen wordt. We hebben veel UNTAET-personeel gezien dat naar ons inziens onbekwaam waren voor hun taak. Dit gebrek aan kwaliteitscontrole is ook al niet bevordelijk voor een snel en slagvaardig optreden dat zo hard nodig is.

CNRT
Een aantal zaken dat voor UNTAET geldt is ook van toepassing op de CNRT. Er is kritiek dat de CNRT ook burocratisch reageert op problemen. Wat de CNRT nu precies programmeert is ook niet duidelijk, er is een afwachtende houding ten opzichte van UNTAET en er is ook hier weinig transparantie. Verder opereert de CNRT als vertegenwoordiger van het volk terwijl ze niet gekozen is en lang niet iedereen vertegenwoordigt. Binnen de CNRT is sprake van verschillende politieke fracties die bezig zijn met hun opbouw naar de komende verkiezing toe. Logisch is dat de verschillende partijen zich meer en meer gaan profileren ook in het geval van conflicten. In het ene district of subdistrict is dat sterker dan het andere. De omschakeling van clandestiniteit en verzetsbeweging tijdens een bezetting naar een open maatschappij is veelal nog niet ingezet of afgerond. Veel wordt er nog gewerkt op basis van werkwijze tijdens de verzets periode. Veel gaat via persoonlijke contacten en er is veel 'geheimzinnigheid'. De CNRT is op veel plaatsen verwikkeld in een soort machtsstrijd met UNTAET. Over de hoofden van mensen heen worden zaken uitgespeeld. Ook probeert de CNRT haar grip op de maatschappij te doen gelden in bijvoorbeeld wie werk krijgt. Als UNTAET een open vakature plaatst, claimt de CNRT de invulling ervan, zij wil bepalen wie de baan krijgt. In Viqueque ging dat zelfs met bedreiging van UNTAET-personeel gepaard. In kleinere dorpen is toenemende kritiek op de CNRT, bijvoorbeeld dat zij geen tijd neemt problemen onder de mensen te beluisteren, maar men is bang daar openlijk over te praten. Het zorgt er voor dat er weinig openlijke discussie plaatsvindt en dat veel zich 'ondergronds' afspeelt. Er is ook vaak sprake van intimidaties waarbij onduidelijk is of deze ook een politieke achtergrond hebben.   Ook op Falantil is kritiek met name vanuit jongeren die stellen dat er machtmisbruik voor komt vanuit de positie die Falantil altijd heeft gehad in het verzet als gewapende beweging. 

Gebrek aan vooruitgang
Voor de meeste Timorezen heeft de komst van de internationale gemeenschap niet tot vooruitgang geleid. Wat in Dili vooral zichtbaar is na zes maanden zijn de opgeknapte gebouwen die als kantoren voor UNTAET, zakelijke vestigingen of  hotels voor buitenlanders dienen. In de woonwijken en buiten Dili is nog niet zoveel van de grond gekomen. Slechts noodvoorzieningen zoals medische posten, voedselhulp, en wat non food items zijn verspreid. Maar dat is iets anders dan een duidelijk zichtbaar gecoördineerde wederopbouw. 

Achteruitgang in voorzieningen
De vrijheid heeft ook tot een achteruitgang in een aantal zaken geleid. De Indonesische bezetter had een uitgebreid civiel bestuur in het leven geroepen en een zeer uitgebreid netwerk van medische voorzieningen en een onderwijssysteem. Tot in zeer kleine dorpen was wel een school of een medische post. Dit zal zeker een controlerende functie hebben gehad maar het had ook zo zijn voordelen. En een dertig duizendtal Oost Timorezen had een baan als ambtenaar.  Op dit moment is het niet mogelijk en er is geen geld voor om deze voorzieningen op het oude nivo terug te brengen. Ook voor de toekomstige Oost Timorese regering zal dat waarschijnlijk niet mogelijk zijn. De CNRT is ook bezig met een medisch plan wat betekent dat de voorzieningenen meer geconcentreerd worden in grotere plaatsen.
Het wegvallen van de voorzieningen en het wegvallen van veel arbeidsplaatsen leidt tot veel (terechte) kritiek van de bevolking. Het is een sterke achteruitgang die ze niet pikken. Een oplossing ligt echter niet in het verschiet.

Conflicten over land en eigendommen
In het district Viqueque is een sterke toename van conflicten rond land en eigendommen (huizen). Ook uit andere districten zijn dit soort signalen te horen. De conflicten gaan soms terug tot de Portugese tijd. Land van families die in het verzet zaten of de bergen ingevlucht zijn, door de Portugese en/of Indonesische bezetter toegewezen aan andere families. Aan de andere kant is in het afgelopen seizoen land van mensen die naar West Timor gevlucht waren (soms ook van verdachten van een pro-Indonesische houding) door terugkerende mensen uit het verzet in bezit genomen. Dit zorgt er nu voor dat conflicten toenemen die ook steeds gewelddadiger vormen aannemen. 
In zijn algemeenheid is er in het district Viqueque angst voor toenemde gewelddadigheid en criminaliteit. Ook werkloze jongeren maken zich daar schuldig aan. Slachtoffers van bijvoorbeeld diefstal zijn met name de zwaksten in de maatschappij, zoals weduwen van door de TNI vermoorde burgers , die veelal geen bescherming van een familie hebben. In een aantal plaasten in district Viqueqeu zijn op grote schaal electrameters uit huizen gestolen die voor hoge prijzen op de markt in Dili verkocht zijn. 

Terugkerende militieleden en vluchtelingen
Opvallend is dat er sprake is van terugkerende militieleden naar hun eigen dorpen, op kleine schaal. Deze terugkeer wordt meestal voorbereid door CNRT en UNTAET in het kader van de reconciliatie. Tot nu toe leidt de terugkeer niet tot onoverkomelijke problemen en wordt deze geaccepteerd. In enkele gevallen leidt het tot conflicten. 
Er ontstaan wel vaak problemen bij de niet voorbereide of aangekondigd terugkeer vluchtelingen. Veel vluchtelingen (met name uit Kupang) wordt verweten dat ze nu pas terugkeren, m.a.w. het land te lang in de steek gelaten hebben. Ook wordt hen verweten dat zij in relatieve veiligheid hebben verkeerd in vergelijking met het leven in de bergen dat de achterblijvers geleid hebben. Ook bestaat er de 'jaloezie' dat zij met hun bagage en al terugkeren, terwijl de blijvers alles verloren zijn in het geweld. Bij sommige terugkeerprojecten werd aan Oost Timorezen gevraagd aan te wijzen wie wie was en welke rol deze mensen voorheen gespeeld hadden. De algemene sfeer als er weer een boot of vrachtwagen vluchtelingen terugkeert, is dat Oost Timorezen hen niet bepaald verwelkomen maar eerder uitjouwen en hen beschouwen als pro-autonomie aanhangers.

Verleden
Natuurlijk speelt ook het niet verwerkte verleden een rol. Het district Viqueque is afgelopen jaar verschoond gebleven van het geweld dat een groot aantal andere districten is aangedaan. Er zijn in 1999 24 mensen vermoord, een relatief laag aantal als je het vergelijkt met andere districten. In de plaats Viqueque zelf en het subdistrict Uatolari waar vrij veel mensen wonen, is bijna niets vernield. In het verleden heeft het district Viqueque echter zeer geleden. In 1982 is het dorp Craras omsingeld door TNI en is vrijwel de gehele mannelijke bevolking vermoord, in totaal 1024 mensen. Het dorp kreeg de naam 'village of the widows', alleen weduwen en wezen leefden er nog. Het subdistrict Lacluta is in 1974 zwaar gebombardeerd door Indonesische vliegtuigen en in Uatolari zijn in 1976 meer dan 500 voornamelijk mannen  vermoord, waardoor er nu veel weduwen leven.

De positie van vrouwen
Het is niet makkelijk om het (seksueel) geweld tegen vrouwen in kaart te brengen. In de meeste culturen en zeker ook in de Timorese cultuur wordt daar niet makkelijk over gepraat. Met name de weduwen en vrouwen van mannen die zich bij het verzet hadden aangesloten hebben het hard te verduren gehad. Er zijn verhalen over het systematisch verkrachten en sexueel geweld tegen vrouwen als een vorm van oorlogsvoering door de Indonesiërs om het verzet te breken of mannen te dwingen uit te bergen te komen. De positie van vrouwen is in algemeen zwaar geweest. De meeste mannen zijn in 1999 in een vroeg stadium (juli/augustus) al de heuvels en bergen ingevlucht. De vrouwen bleven de huizen beschermen en voor de kinderen zorgen. Direitos Hanesan wil o.a. een onderzoek doen naar wat er met de vrouwen van Falantil- strijders in het district Viqueque gebeurd is.

Oecussi
Opvallend is dat in de enclave Oecussi de situatie wat betreft UNTAET en de politieke verhoudingen binnen de Timorese gemeenschap wat positiever zijn dan elders. Oecussi is een district in Oost Timor waar eigenlijk niemand heen wil. De enclave ligt geïsoleerd, de grens met West Timor is hermetisch afgesloten, UN-militairen en liaison officers zowel als TNI van Westzijde controleren de grensstreek. De afgelopen weken waren TNI militairen de grens overgegaan wat Timorezen verontrustte. Oecussi is alleen via de lucht bereikbaar. Langs de gehele grens patrouilleert een UN-bataljon en in diverse dorpen Een aantal mensen binnen UNTAET heeft bewust gekozen voor de lokatie Oecussi, is gemotiveerd en heeft juist een hekel aan het UNTAET-circus in Dili. De verblijven/gebouwen voor UNTAET-personeel zijn ook veel kleiner dan in een aantal andere districten, soms ook nog met provisorische plastic- bespannen daken. In Oecussi is werkelijk alles vernield en leeg geroofd. Geen enkel huis heeft een dak. Verblijven in Oecussi is danook meer kamperen. Dit zorgt voor een soort 'selectie' van mensen wat een positief effect heeft: men is gemotiveerd.
In Oecussi is nauwelijks Falantil aktief en de CNRT is zeer meegaand in de samenwerking. Gevolg is dat er een rustige sfeer is en dat er veel openlijker (politiek) gesproken wordt dan in bijvoorbeeld Viqueque. Het nadeel is natuurlijk dat er weinig aandacht is voor Oecussi. Er is bijna geen im- of export wat betekent dat men geheel is overgeleverd aan de zwarte handel met West-Timor. Prijzen zijn vele malen hoger dan elders in Oost Timor en de armoede is groot. Materialen zijn er niet wat betekent dat buiten blauwe UNHCR-zeiltjes als noodvoorziening er nog geen sprake is van enige wederopbouw. Zo kan het wachten op zinken golfplaten die via Dili moeten worden verscheept tot zes maanden oplopen. En een handelsovereenkomst tussen Oost en West Timor is nog niet operationeel, waardoor TNI alle macht bij de grens in handen heeft en kan beslissen al dan niet goederen door te laten. Enkele malen per week zijn er in verschillende grensplaatsen familie-meetings. Zo'n 5 à 6 duizend Timorezen ontmoeten elkaar in 'niemandsland'. Er is zeer beperkte terugkeer van vluchtelingen in Oecussi, mede omdat de infrastruktuur er slecht is. Oost Timorezen die nog in West Timor verblijven verkiezen die situatie boven terugkeer. Bijvoorbeeld omdat het onderwijs in West beter geregeld is, omdat de prijzen in Oecussi zeer hoog zijn, omdat de wegen zeer slecht begaanbaar zijn en transport moeiiljk is, etc..
In Oecussi is een groep jonge mensen zeer gemotiveerd en aktief in mensenrechtenwerk, onderwijs, vrouwenorganisatie en het opbouwen van kleinschalige economische projecten. Zij trekken regelmatig naar de subdistricten voor overleg en aktiviteiten met de mensen in dorpjes. 
 

Aanbevelingen
-Er moet alles aan gedaan worden dat Timorezen zelf het gevoel hebben dat ze grip hebben op hun eigen toekomst en deel zijn van de opbouw van hun land en hun toekomst. Op dit moment zien we juist ontwikkelingen die de andere kant op gaan. Het risico bestaat zo op een steeds grotere passiviteit en teleurstelling bij de bevolking.

-Verspreiding van het gedachtengoed en de kennis over mensenrechten, democratie en niet- gewelddadige oplossingen van conflicten. Tevens directe uitvoering hiervan in de praktijk.

-Bijzondere aandacht voor de positie van vrouwen zowel in het verleden als in de toekomst.

-Creëren van onafhankelijke pers, zo verscheiden en lokaal mogelijk

-Kritisch toezicht op de internationale gemeenschap die actief is en dit ter discussie stellen en toetsen aan Oost Timorese wensen

-Versterking van een partij-politiek onafhankelijke NGO-wereld, met name in de districten

-Ondersteuning van kleinschalige projecten die direct binnen de gemeenschap effect hebben. 

-Het betrekken van de bevolking bij alle beslissingen die voor en over hen genomen worden.

-Hulp en ondersteuning moet veel meer op de districten gericht worden inplaats van hoofdzakelijk op Dili.
 

 

zoekarchiefdiscussiereageerhomeenglish