This site will look much better in a browser that supports web standards, but it is accessible to any browser or Internet device.

over de grens - verwijdering van vluchtelingen en migranten uit Nederland

autonoom centrum, maart 2004

# Illegale uitzettingen naar Somalië

Afdeling DocumentenValse paspoortenDrama's in de jaren negentigDe kroonprins van dictator BarreOnjuiste informatieIllegale uitzettingen

Sinds 1992 bestrijden Somalische krijgsheren elkaar in een burgeroorlog. Somalië, volgens cijfers van de Verenigde Naties het armste land ter wereld, kent geen centraal gezag en geldige reisdocumenten zijn er niet te krijgen. In de jaren negentig ging een aantal Nederlandse verwijderingen naar Somalië verschrikkelijk mis. Anno 2004 laat Nederland afgewezen Somalische asielzoekers met ongeldige reisdocumenten terugkeren naar hun land. De uitzettingen naar Somalië laten zien hoe ver de Immigratie- en Naturalisatiedienst gaat in haar ijver zoveel mogelijk mensen uit te zetten.

Omdat er anno 2003 nog geen directe vluchten naar Somalië gaan, worden er voor zowel vrijwillige als gedwongen terugkeer twee routes gebruikt: de ene via Dubai/Verenigde Arabische Emiraten en de andere via Nairobi/Kenia. Bij de Dubai-route wordt het 'EU-document' of 'EU-lassez-passer' als reisdocument gebruikt. Het EU-document is een eenmalig reisdocument dat door de IND wordt afgegeven. Voor een uitzetting is een reisdocument noodzakelijk. Advocaat J. Wedemeijer: "Het EU-document wordt in mijn optiek onrechtmatig afgegeven. Er bestaat hier helemaal geen Nederlandse wetgeving voor. Er is slechts een aanbeveling van een bepaalde vergadering van Europese ministers. De Europese Unie is niet gerechtigd om reisdocumenten te maken. Er moet dan eerst een omzetting gemaakt worden naar het Nederlands recht. Dat zou in de Paspoortwet moeten geschieden. Dit is niet gebeurd. Nederland mag aan illegalen die zich op Nederlands grondgebied bevinden helemaal geen reisdocumenten verschaffen."

# Afdeling Documenten

De Rechtswinkel Amsterdam heeft in 1998 het EU-document onderzocht. De Rechtswinkel stelt zich ten doel de sociaal en economisch zwakkeren in de samenleving te ondersteunen met kosteloos juridisch advies. Volgens het onderzoek heeft de Raad van Ministers van Europa op 30 november 1994 een aanbeveling goedgekeurd betreffende invoering van het EU-document. Deze dient als standaardmodel voor bilaterale overname-overeenkomsten tussen een EU-land en een herkomstland. Een overname-overeenkomst betreft het overnemen van eigen onderdanen die uitgeprocedeerd of illegaal zijn. Het document wordt als uitgangspunt gebruikt voor onderhandelingen over de sluiting van dergelijke overname-overeenkomsten. Het voordeel is dat er geen individuele aanvraag voor een laissez passer, een eenmalig reisdocument afgegeven door de ambassade van het herkomstland, hoeft te worden gedaan. Deze aanvragen worden namelijk regelmatig niet of negatief beantwoord.
Ongedocumenteerde vreemdelingen die met een vliegtuig (waarvan de maatschappij bekend is) Nederland in reizen, kunnen binnen zes maanden na aankomst op een vliegtuig van dezelfde maatschappij terug worden gezet. Deze mensen krijgen een zogenaamde 'guided letter' (ook wel 'covering paper' genoemd) mee van de IND. Een reisdocument of een verblijfsvergunning is verplicht voor de toegang tot Nederland. Ten aanzien van gedwongen uitzetting stelt de wet aan een dergelijk document geen vereiste. 'In de literatuur' wordt wel gesteld dat Nederland op grond van haar volkenrechtelijke aansprakelijkheid slechts naar een land mag uitzetten waar toelating gewaarborgd is.
Uitgeprocedeerde asielzoekers met valse of zonder reisdocumenten, waarvoor geen claim op een vliegtuig kan worden gelegd, noch een laissez passer kan worden verkregen van de ambassade, kunnen met behulp van een EU-document worden uitgezet. Het document wordt door de IND zelf gemaakt op de afdeling Documenten in Zwolle. De IND geeft aan de Rechtswinkel toe dat het EU-document niet in de Nederlandse wetgeving is terug te vinden omdat het slechts een administratieve handeling betreft. Bij een feitelijke verwijdering dient toelating in een ander land immers zoveel mogelijk gewaarborgd te zijn, maar toelating is geen wettelijke voorwaarde voor een uitzetting. Echter, zo schrijft de Rechtswinkel, het gebruik van een EU-document zoals het nu gebeurt, lijkt onjuist. "In het EU-recht kan geen basis gevonden worden om eenzijdig documenten op te stellen die de toelating in een derde land waarborgen. Het is de Nederlandse Staat niet uitdrukkelijk bij wet verboden om uitgeprocedeerde asielzoekers ongedocumenteerd uit te zetten. Het EU-document dat daarbij gebruikt wordt is feitelijk een Nederlands, administratief document. De benaming is derhalve misleidend en foutief."
Het IND gebruikt de EU-documenten voor onderdanen van diverse landen, zoals de Democratische Republiek Kongo. Door het document te doen lijken op een echt identiteitsdocument, zullen de immigratiebeambten in de landen van herkomst eerder iemand terugnemen, lijkt de redenering te zijn. "Het probleem blijft dat (…) ten nadele van de asielzoeker een valse schijn wordt opgewekt dat zijn toelating tot het vermeende land van herkomst verplicht is, zonder dat hierover afspraken met het betreffende land zijn gemaakt", aldus de Rechtswinkel Amsterdam.

Hoogleraar immigratierecht P. Boeles sprak begin 2004 in De Andere Wereld van Zondagmorgen (een radioprogramma van de IKON) over onrechtmatige praktijken. ,,Het is een onbevoegd opgemaakt papier waarvan ten onrechte de schijn uit gaat dat het een Europees document is.'' Volgens hem gaat het om een ,,fantasiedocument''. Een EU-document is feitelijk een laissez passer, een eenmalig reisdocument. Alleen Buitenlandse Zaken zou die mogen verstrekken, en niet het ministerie van Justitie, waar de IND onder valt. Deze EU-laissez passers zijn volgens Boeles opgemaakt door onbevoegden. Hij hekelt de praktijken van de IND: "In dit opzicht is er een gebrek aan effectieve rechterlijke controle". Omdat de asielrechtspraak onvoldoende mogelijkheden biedt om het gebruik van valse papieren aan te pakken, pleit Boeles voor een kort geding tegen de staat, bij de burgerlijke rechter.
Door de documenten kunnen uitgezette Somaliërs in eigen land in de problemen komen. Advocaat F. Schüller maakte melding van een cliënt die na uitzetting met een vals EU-document zowel in Dubai als in Puntland (provincie van Somalië) maanden heeft vastgezeten. Inmiddels is hij vrij maar moet hij dat land weer verlaten omdat hij illegaal, namelijk op een ongeldig EU-document, is binnengekomen. Nederland heeft geen enkele poging gedaan hem terug te nemen.
Begin 2004 wordt de IND voor het Europese Hof voor de Rechten van de Mens gedaagd aangaande het gebruik van EU-documenten. Nederland mag voorlopig geen mensen uitzetten naar Somalië totdat het hof in deze een beslissing heeft genomen.

# Valse paspoorten

Bij de Nairobi-route wordt er, behalve van het EU-document, ook gebruikt gemaakt van een ter plekke aangeschaft Somalisch paspoort. Volgens advocaat M. Leijen van de Vereniging van Asieladvocaten en Juristen Nederland maakt de IND gebruik van mensensmokkelaars: "Het is waarschijnlijk hartstikke illegaal wat zich daar afspeelt. In Nairobi schijnt er iemand te zitten die reisdocumenten zou kunnen geven aan uitgeprocedeerde Somaliërs. Die gaan dan met een vliegtuigje naar het noordoosten van Somalië. Wij hebben sterke twijfels of die persoon in Nairobi enige officiële status heeft. Internationaal bestaan er momenteel geen erkende Somalische paspoorten. Ook Nederland erkent geen Somalische paspoorten. In feite doet de Nederlandse staat waarschijnlijk zaken met een mensensmokkelaar. Het vliegtuig dat in Nairobi wordt gecharterd en naar Somalië gaat, wordt waarschijnlijk door Nederland bekostigd. Die persoon in Nairobi organiseert de reis en krijgt er een smak geld voor." In een vertrouwelijk rapport van de Nederlandse ambassade in Nairobi (26 oktober 1995) wordt aangaande deze charters gesproken over "gecharterde 'vliegende gevangenisjes' " en over "negatieve beeldvorming rond de hele operatie". Het ministerie van Buitenlandse Zaken stelt nog steeds dat de nog bestaande Somalische vertegenwoordiging niet in staat is geldige paspoorten af te geven. De Staat zou zich schuldig maken aan valsheid in geschrifte door personen in het bezit te stellen van blanco paspoorten die worden vervaardigd door een privé-persoon zonder enige bevoegdheid. Net als met de EU-documenten is de kans aannemelijk dat de Somalische uitgeprocedeerden op de luchthavens in Somalië worden aangehouden wegens een poging tot illegale grensoverschrijding middels valse documenten en worden opgesloten. De omstandigheden in deze gevangenissen zijn onmenselijk. Volgens de IOM, de Internationale Organisatie voor Migratie, kunnen uitgeprocedeerden met deze door de Nederlandse autoriteiten niet, maar door de Somalische wél erkende documenten op vrijwillige basis terugkeren Advocaat J. Wedemeijer anno 2003: "Het lijkt er op dat Nederland zelf die valse of vervalste paspoorten in Nairobi koopt, maar dit zeg ik onder voorbehoud. De precieze toedracht weten wij nu nog niet. Tijdens een rechtszitting is verklaard dat ter plekke 'geldige' Somalische paspoorten worden verkregen (…). Maar er is geen vertegenwoordiging van Somalië in Nairobi. Dus hoe kom je daar dan aan? Ik weet het niet."

Ter verdediging van zijn uit te zetten cliënten weet advocaat V. Kuit op 1 mei 2001 zelf een Somalisch paspoort aan te schaffen op zijn eigen naam en foto ('place of birth: Mogadishu'!). "De gedwongen uitzettingen van Somaliërs zijn uitzonderlijk hard omdat deze Somaliërs al negen à tien jaar in Nederland verblijven". Volgens hem zijn de IND, de Marechaussee, de IOM en de KLM als luchtvaartmaatschappij die de meeste uitzettingen voor zijn rekening neemt, vanuit Nederland verantwoordelijk voor de gang van zaken. V. Kuit zegt in de Trouw van 28 september 2002: "Criminelen die zich uitgeven voor Consul verstrekken valse, Somalische paspoorten. Buitenlandse Zaken meldt in een ambtsbericht dat Somalische paspoorten gewoon op de markt in Somalië te koop zijn. Niemand weet of je daarmee veilig kunt reizen of zelfs daadwerkelijk het land bereikt. Het is kwalijk dat de Nederlandse autoriteiten willens en wetens meewerken aan omgekeerde mensensmokkel. Reizen met ongeldige en/of valse paspoorten is immers strafbaar." De KLM noemt de controle van paspoorten een "overheidstaak"en verwijst naar de Marechaussee. Een woordvoerder van die organisatie draait de zaak echter om, en zegt dat paspoortcontrole een aangelegenheid is voor de KLM-medewerkers. "Alleen bij twijfel kijken we nog een keer op verzoek naar die documenten". Kuit heeft een verklaring voor de bereidheid van de KLM om mensen met ongeldige documenten te vervoeren. "Zij is tenslotte de grootste leverancier van gesmokkelde mensen in ons land en daarom het meest genegen iets terug te doen."
Volgens Justitie is het "niet ongebruikelijk" dat van niet-erkende documenten gebruik wordt gemaakt. Directeur M. Jordeo van de Nederlandse vestiging van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR, bevestigt dat niet-erkende papieren mogen worden gebruikt, zolang het 'ontvangende' land de papieren maar wel erkent. Het geïntensiveerde uitzettingsbeleid doet het ergste vrezen gezien de praktijk uit de jaren negentig die we al kennen.

Uitzetting onder begeleiding Marechaussee

# Drama's in de jaren negentig

De pogingen van de IND om Somaliërs terug te sturen, gaan terug naar begin jaren negentig. Somaliërs in de asielprocedure gaan in hongerstaking tegen dreigende uitzettingen. Volgens het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum (WODC) van het Ministerie van Justitie komt 85% van de Somalische asielzoekers uit het oorlogsgebied. In 1996 verblijven er 20.000 Somaliërs in Nederland. De IND hervat in 1996 de uitzettingen naar Somalië, nadat het Ministerie van Buitenlandse Zaken in 1995 verklaart dat tweederde van het land voor 'individuele gevallen' veilig is. Organisaties van Somalische vluchtelingen bestrijden dat de situatie stabiel genoeg is.

Uit uitgelekte, vertrouwelijke documenten van Buitenlandse Zaken en Justitie van 1996 blijkt dat Nederland, om uitgeprocedeerde asielzoekers te kunnen uitzetten, afspraken maakt met Somalische krijgsheren. Onder hen zijn voormalige vertrouwelingen van de in 1991 verjaagde dictator Siad Barre. De massale moordpartijen waar zij bij betrokken waren, zijn de aanleiding voor de vlucht van veel Somaliërs. In maart 1996 blijkt een ambtenaar van Buitenlandse Zaken generaal Mohamed 'Morgan' Said Hersi, in Somalië bijgenaamd de 'slachter van Hargeisa', te hebben bezocht. In 1988 voerde hij de troepen aan die de Noord-Somalische stad Hargeisa met de grond gelijkmaakten en duizenden burgers afslachtten. Morgan, de schoonzoon van wijlen dictator Barre, veroorzaakte daarna een serie bloedige conflicten die aan nog eens duizenden mensen het leven kostte. Buitenlandse hulporganisaties perste hij exorbitante bedragen af in ruil voor 'bescherming'. Met deze volgens de Nederlandse ambtenaar "onbetwiste leider" in Kismayo werd afgesproken dat Nederlandse asielzoekers in groepjes van drie à vier via Kenia met toestellen van Keniaanse chartermaatschappijen zouden worden vervoerd. Geen enkel ander Europees land heeft met clanleiders overeenkomsten over een gedwongen terugkeer. De IND heeft zijn gesprekpartners met ruime financiële toezeggingen weten over te halen.

Justitie zet op 16 juni 1996 een groep van 19 uitgeprocedeerde Somaliërs op een chartervlucht van Martinair naar Djibouti, met het plan ze vervolgens door te vliegen naar de Noord-Somalische stad Hargeisa. Djibouti weigert het vliegtuig echter landingsrechten. De IND kiest daarop voor een KLM-lijnvliegtuig naar Bangladesh met een tussenstop in Dubai /Verenigde Arabische Emiraten. Het is de bedoeling dat de Somaliërs daar via een regionale luchtvaartmaatschappij naar Noord-Somalië worden gevlogen. Een Somalische tolk weigert op Schiphol mee te vliegen naar Djibouti, omdat hij vreest voor het leven van enkelen van hen. "Van de hele groep waren er maar twee Issaq (de clan die Noord Somalië beheerst, red.). Enkelen behoorden zelfs tot vijandige clans (…). Maar wat werkelijk aan me vrat, was de aanwezigheid van een doodsbang, zeer knap meisje van een jaar of 16,17 met een prachtige, blanke huid. Ze behoorde tot de Reer-Hamer. Ik kon voor 100 procent garanderen, dat dit meisje verkracht zou worden, en waarschijnlijk niet ongeschonden Hargeisa zou halen (…). Justitie houdt zich niet aan zijn eigen richtlijnen. Ze sturen mensen naar voor hen volstrekt onveilige gebieden".
Er gaan negen KMar-escorts en één IND'er mee. Ze nemen 40 duizend dollar mee ter betaling van het regionale chartervliegtuig. Tijdens de vlucht wordt aan de asielzoekers ieder 200 dollar gegeven. Zo blijkt uit de KMar-rapportage van de escortcommandant van 19 juni 1996. "Ook is het verdere verloop van de reis uitgelegd. Met name dat het tweede traject per chartervliegtuig zou geschieden en dat zij daar opgewacht zouden worden door hulpverleningsorganisaties die hen zouden vervoeren naar hun eigen woongebied. Toen voor de landing het bordje 'stoelriemen vast' was aangedaan, begonnen de Somaliërs onderling druk te praten. Voor mij en de overige collega's was dit niet te verstaan." De Somaliërs, 16 volwassenen en drie baby's, weigeren echter op het vliegveld van Dubai uit het vliegtuig te stappen. "Dit ging gepaard met praten van de mannen, schreeuwen/krijsen van de vrouwen en gehuil van de baby's. (…) Onderwijl nam het verbaal geweld van de Somaliërs toe en trachtten ongeveer 10 mannen en vrouwen over de stoelen heen te klimmen. Zij werden teruggeduwd op hun plaats. (…) De inmiddels ter plaatse gekomen politie wilde geen assistentie verlenen om de Somaliërs uit het vliegtuig te verwijderen en verbood mij het gebruik van geweld. Daarbij werd (…) veelvuldig getracht de Somaliërs te overtuigen het vliegtuig te verlaten. Het argument van hun kant was dat zij in Somalië zouden worden doodgeschoten, dat Somalië niet veilig was en dat zij terug wilden naar Amsterdam". Woordvoerder E. Sal van de Marechaussee zegt dat de autoriteiten in Dubai de Somaliërs slechts wilden toelaten, als ze vrijwillig uit het vliegtuig zouden stappen. Dat weigert de groep. Als blijkt dat de onderhandelingen met de autoriteiten in Dubai niets opleveren, besluit de Marechaussee de groep mee te nemen op doorvlucht naar Bangladesh. Van daaruit vliegt de groep met hetzelfde vliegtuig weer terug naar Dubai. "Bij aankomst in Dubai was meer politie aanwezig dan gebruikelijk. Wederom is getracht de groep Somaliërs te bewegen vrijwillig het vliegtuig te verlaten." Dit lukt niet. De vlucht terug naar Schiphol verloopt verder zonder problemen. De Marechaussee laat na terugkomst op Schiphol weten dat tijdens de vlucht naar de Verenigde Emiraten niets bijzonder is voorgevallen. Sal: "Bij een volgende vlucht moet het wel beter geregeld worden". Het ministerie van Justitie wijt het mislukken van de uitzetting geheel aan het gedrag van de asielzoekers. Kort voor de landing heeft de groep de Boeing op stelten gezet, aldus Justitie. De Somaliërs zouden na landing in Dubai amok zijn gaan maken en de Marechaussee vreesde dat het tot een gewelddadige confrontatie zou komen. Omdat ze zich in het vliegtuig "hevig verzet hebben tegen hun uitzetting", zijn de mannen na terugkomst in vreemdelingenbewaring gezet. De vrouwen en de drie kinderen zijn overgebracht naar het Vertrekcentrum Ter Apel. Justitie zegt van plan te zijn de groep "binnen een maand" opnieuw uit te zetten. "Het Ministerie van Justitie heeft gesold met deze mensen," zegt het Groen Links kamerlid Sipkes de volgende dag in de Tweede Kamer. "Anno 1996 worden mensen tot minder dan postpakketjes gedegradeerd (…). Deze mensen mogen nooit meer worden uitgezet." VVD'er Rijpstra is het hier niet mee eens: "Als afwijkend gedrag wordt beloond, ondermijn je het terugkeerbeleid." De VVD noemt het vreemd dat de asielzoekers in Dubai niet zijn uitgestapt. "Je laat een vliegtuig niet voor niets naar Dubai vliegen". Staatssecretaris Schmitz betreurt de mislukte uitzetting omdat dit de 'geloofwaardigheid' aantast. De Tweede Kamer vindt dat zij haar poot stijf moet houden.

# De kroonprins van dictator Barre

Enkele dagen na de mislukte uitzetting van de 19e vindt er dan wederom een tragedie plaats. Een uitzetting in het door krijgsheer Omar Haji beheerste zuidwesten van Somalië loopt ernstig uit de hand. Twee medewerkers van de IND worden op het vliegveld van Garbahare door gewapende bendeleden overvallen en beroofd van hun eigendommen en van het vliegtuig. Met twee veiligheidsbeambten ontvluchten ze het land per auto naar Kenia. Bij de schietpartij raakt een Somalische omstander gewond. De vier uitgezette asielzoekers blijken tot een ander clan te behoren dan de clan die het in het gebied voor het zeggen heeft. Ze worden ter plekke gegijzeld en het vliegtuig komt pas vrij als Nederland hen terugneemt. Generaal Omar Haji van het Somali National Front, de voormalige kroonprins van dictator Barre, zou volgens de IND nog steeds geen problemen hebben met de uitzetting van afgewezen asielzoekers uit Nederland. "Wij hebben alle vertrouwen in Omar Hadji Mohamed", aldus een woordvoerder van Justitie.
"Schandalig", noemt directeur Omaar van de mensenrechtenorganisatie African Rights de Nederlandse afspraken met de krijgsheren. Zij verwijt de ambtenaren een "totaal gebrek aan kennis". Zij noemt Morgan, na Barre, de eerst verantwoordelijke voor de verwoesting van Somalië.

In juli 1996 worden de 19 Somaliërs die door hun mislukte uitzetting in de gevangenis zitten door een rechter vrijgesproken. Ze ontvangen elk een schadevergoeding van 2150 gulden (1000 euro) omdat ze 21 dagen onrechtmatig zijn vastgehouden. Eén van de 19 is een tuberculosepatiënt die zonder medicijnen op het vliegtuig is gezet. De IND erkent voor de rechter dat sprake was van een misverstand. Prompt na de uitspraak krijgt een deel van de Somaliërs de aanzegging van Justitie, dat ze zich in het Vertrekcentrum Ter Apel moeten melden, en dat ze binnen twee weken opnieuw worden uitgezet. Een viertal vindt kerkasiel in de gereformeerde kerk in Beilen.

# Onjuiste informatie

Op 8 juli 1996 lekt er weer een vertrouwelijke brief uit van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Gesteld wordt dat het Ministerie van Justitie onjuiste informatie verstrekt over de medewerking van lokale autoriteiten aan de terugzendoperatie. De uitwijzingen naar alle gebieden van Somalië, uitgezonderd de hoofdstad Mogadishu, zouden volgens Justitie kunnen worden hervat. Volgens Buitenlandse Zaken is hier geen sprake van. Ook humanitaire hulporganisaties zijn verontwaardigd over de uitzettingen. De IND beweert dat de Somalische organisatie SORA in Hargeisa zich gaat bekommeren om de terugkerende mensen na de uitzetting. "Pertinente leugens, belachelijk en flauwekul" zijn de kwalificaties van SORA die zegt niet eens voor de eigen mensen te kunnen zorgen.

# Illegale uitzettingen

Begin 1997 klapt de Somalische tolk Ali Hersi uit de school. In één jaar tijd maakte hij, samen met P. Frederiksz van het 'verwijderingsteam' van de IND, acht reizen naar Djibouti en Somaliland. Somaliland is een clan-gebied dat zich onafhankelijk heeft verklaard. Staatssecretaris Schmitz en het Ministerie van Buitenlandse Zaken weten volgens Hersi van het merendeel van de reizen niets af. In juli 1997 maakt hij, na ontslag te hebben genomen, van zijn ervaringen een verslag dat hij op eigen initiatief overlegt aan staatssecretaris Schmitz en IND-directeur Elting. "De IND voelt zich nou eenmaal heer en meester op uitzetgebied." Hersi beschrijft in de Trouw van 5 juli 1997 zijn chef Frederiksz als "een bezeten man die als een pitbull zijn doel najaagt: zoveel mogelijk illegalen en vluchtelingen uitzetten". Als het gaat om het verdraaien van de feiten heeft Hersi geen hoge dunk van zijn chef. "Zelfs tijdens de rechtszaak (…) maakte hij zijn eigen bewijzen. Hij liet daar een papier zien, waarmee hij zou aantonen dat er een schriftelijk akkoord was met Somaliland over het terugnemen van Somaliërs." Frederiksz heeft volgens Hersi deze brief zelf geschreven en zette daar ooknog de valse handtekening van Baroud onder." Baroud, de minister van wederopbouw van Somaliland, bevestigde dat in in oktober 1996: "Frederiksz wilde dat we een overeenkomst tekenden waarin we beloofden de Somalische vluchtelingen uit Nederland te zullen accepteren. Daar ben ik niet op ingegaan (…). Helaas is er een nepakkoord met mijn naam eronder in omloop. Er staat een handtekening onder, maar die lijkt niet eens op de mijne". Volgens de tolk Hersi is het binnen de IND de normaalste zaak van de wereld om Somalische leiders geld toe te stoppen zodat de onderhandelingen naar de goede kant doorslaan. "De IND maakte tijdens alle reizen gebruik van twee soorten geld. Officieel hadden we per jaar 200.000 dollar te besteden, maar daarnaast hadden we een extra buidel met geld waaruit we naar hartelust konden putten." De voorbereiding begin 1996 van de uitzetting van de groep van 19 die geschiedde zonder dat Schmitz en de Tweede Kamer hiervan wisten, schetst hij zo: "De IND wilde met illegale uitzettingen bewijzen dat het mogelijk was Somaliërs legaal terug te sturen (…). Ik moest samenwerken met een meneer Loop van de Internationale Organisatie voor Migratie. Loop zou voor de foto's van twee Somaliërs zorgen als ik voor de paspoorten zorgde. Ik kreeg voor elk paspoort 500 dollar. Toen ik vroeg waar ik hier in Nederland niet erkende paspoorten vandaar moest halen, kreeg ik als antwoord dat dat niet uitmaakte, al haalde ik ze van het Centraal Station in Amsterdam (…). Ik kon het bijna niet geloven, maar het was waar, niemand legde ons een strobreed in de weg. Niemand controleerde de stempels en niemand controleerde of het legale documenten waren."

Staatssecretaris Schmitz ontkent in reactie in een brief aan de Tweede Kamer dat er gebruik is gemaakt van valse paspoorten. Wel geeft ze toe dat Justitie niet-erkende documenten aan Somaliërs heeft verstrekt. De woordvoerder van de IND ontkent dat de IND illegale vluchten organiseert.

Bezetting hoofdkantoor Martinair door Autonoom Centrum in 1996

next page